Je kan er met behulp van drie verschillende methodes voor zorgen dat je een declinatiecorrectie uitvoert op een kompas. Er bestaat een methode die werkt met elk kompas, een methode voor een kompas met een vaste declinatie-correctieschaal en een methode voor een kompas met een aanpasbare declinatie-correctieschaal.
Ken je kompas
Om de declinatiecorrectie uit te voeren op je kompas moet je verschillende onderdelen van je kompas bij naam kennen. Hieronder vind je een uitleg van de verschillende onderdelen van jouw kompas die je nodig hebt om een declinatiecorrectie uit te kunnen voeren.

Gradenring
Op een kompas vind je altijd een draaibare gradenring.
Noordpijl
De noordpijl is de bewegende pijl die altijd naar het magnetische noorden wijst.
Richtingspijl (of kompasnaald)
De richtingspijl is een vaste pijl die wijst naar de richting waar je naartoe loopt. Wanneer je met het kompas werkt, loop je met de open zijde naar je toe gericht.
Peilingindex
De index van het kompas wordt ook wel de peilingindex genoemd.
Declinatiewaarde opzoeken en gebruiken
De declinatiegraad bepaalt of je een declinatiecorrectie op je kompas moet uitvoeren of dat dat niet nodig is. Zo hoef je geen declinatiecorrectie uit te voeren wanneer het verschil bijvoorbeeld maar 1 of 2 graden is. Dit is in Nederland vaak het geval, dit zie je ook bij de magnetische declinatie op de onderstaande afbeelding +2 ° . Ook zie je aan de declinatiewaarde of je te veel richting het oosten of het westen wordt gestuurd. Bij een positieve declinatiegraad wordt je te veel richting het oosten gestuurd (denk aan de O). Een negatieve declinatiegraad stuurt je te veel richting het westen (denk aan de E). Dit zie je ook mooi in de onderstaande afbeeldingen.


Het verdraaien van de gradenring: Werkt met elk kompas
Bij deze methode maakt het niet uit of je een kompas hebt met of zonder een declinatiecorrectie. Om het kompas te oriënteren naar het geografische noorden moet je drie verschillende stappen volgen.
Stap 1: De magnetische declinatie bepalen
De eerste stap is het bepalen van de declinatie. Dit kan je doen door de declinatiegraad op te zoeken op magnetic declination. Aan het aantal graden kan je zien hoe ver je teveel richting het westen (negatief getal) of oosten (positief getal) wordt gestuurd.
Stap 2: Verdraaien van de gradenring
De gradenring van het kompas verdraai je tot de declinatiegraad precies gelijk staat met de index van het kompas. Zo kan je het verschil namelijk makkelijk compenseren.
Stap 3: Richtingspijl naar het geografische noorden laten wijzen
Laat de kompasnaald samenvallen met de noordpijl van het kompas. Nu wijst de richtingspijl naar het geografische noorden.
Een richtingshoek lopen
Een azimut of richtingshoek is een route waarbij je een bepaalde richtingsgraad aan moet houden. Om deze richtingshoek in te stellen moet je de magnetische declinatie aftrekken van de koersrichting. Doe je dit, dan weet je precies waar je de gradenring op moet zetten.
Azimut: Azimut, ook wel richtingshoek genoemd is de hoek tussen het geografische noorden en de looprichting.
Kompas met vaste declinatiecorrectie-schaal methode
Ben jij in het bezit van een kompas met een vaste declinatiecorrectie-schaal? Dan kan je deze methode volgen om de declinatiecorrectie uit te voeren en de kompas te oriënteren naar het geografische noorden.
Stap 1: Het bepalen van de magnetische declinatie
Allereerst begin je met het bepalen van de magnetische declinatie. De graad die hier uitkomt geeft aan hoeveel je te veel richting het westen of oosten wordt gestuurd.
Stap 2: Verdraaien van de gradenring
Verdraai de gradenring van het kompas tot de 0° (noord) gelijk staat met de index van het kompas.
Stap 3: De richtingspijl laten wijzen naar het geografische noorden
Laat de kompasnaald niet samenvallen met de noordpijl van het kompas maar met de declinatiegraad op de declinatiecorrectie-schaal. De richtingspijl van het kompas wijst nu naar het geografische noorden.
Een richtingshoek (azimut) lopen
Als je een koers (azimut) wil lopen, dan pas je dezelfde methode toe. Wil je bijvoorbeeld op 60° azimut lopen, dan zet je de gradenring op 60 en je laat de kompasnaald met -22° op de declinatiecorrectie-schaal samenvallen.
Methode voor kompas met aanpasbare declinatiecorrectie-schaal
Let op: Voor deze methode heb je een kompas nodig met een aanpasbare declinatiecorrectie-schaal.
Er zijn verschillende stappen die je moet nemen om jouw kompas met aanpasbare declinatiecorrectie-schaal naar het geografische noorden te laten wijzen. Deze methode kan je ook toepassen wanneer je een koers of azimut wilt lopen op een bepaald aantal graden. Je zet dan de graden ring op het juiste getal en je laat daarna de kompasnaald samenvallen met de noordpijl van het kompas.
Stap 1: Bepaal de magnetische declinatie
De eerste stap is het bepalen van de magnetische declinatie. Dat doe je door de magnetische declinatie van het gebied op te zoeken op de onderstaande website. Je krijgt dan de declinatiegraad te zien.
Stap 2: Noordpijl van het kompas verdraaien
De noordpijl van het kompas verdraai je naar de juiste graad. Zo stel je hem permanent in op een bepaalde declinatie. Het verdraaien van de noordpijl doe je met behulp van een stelschroef.
Stap 3: Gradenring van het kompas verdraaien
De gradenring van het kompas verdraai je tot de 0° (ook wel noord genoemd) precies gelijk staat met de index van het kompas.
Stap 4: Kompasnaald en noordpijl samen laten vallen
Wanneer je de kompasnaald en de noordpijl van het kompas samen laat vallen, wijst de richtingspijl van het kompas naar het geografische noorden.
Elektronisch kompas, GPS en declinatiecorrectie
Bij een elektronisch kompas (bijvoorbeeld op een GPS of een smartphone) is een handmatige declinatiecorrectie niet nodig. Ze compenseren namelijk automatisch de magnetische afwijkingen.